Architectuur

De communist Oscar Niemeyer noemde de ‘ontdekking’ van het individualisme de grootste fout van de westerse wereld. Een opvallende stellingname voor een kunstenaar, die zijn stempel drukte op de ontwikkeling in de architectuur. De architect Oscar Niemeyer zocht met dynamische, verbindende vormen naar samenhang en harmonie. Hij beeldhouwde ruimtelijke samenhang binnen de maatschappij: een bijdrage tot de architectuur van samen leven.
Binnen zo een maatschappij (samen leven) past geen ‘absolutisme’, dus was Niemeyer uit Brazilië gevlucht toen de democratie daar werd verjaagd door een militaire dictatuur. Toeval of niet, een ironische voorval wilde dat ik bij het eerste bezoek aan het Brasilia van Niemeyer direct in een militaire parade belandde  (ter gelegenheid van het bezoek van VS president Bush senior aan de hoofdstad).
Het werk van Niemeyer wordt vaak gezien worden als een uitnodiging om in harmonie te leven, als architectuur voor Gemeinschaft. Democratie wordt sinds enkele eeuwen als de sleutel gezien voor die architectuur. Niet verbazend dan dat Niemeyer weg vluchtte.

Democratie beoogt harmonie op basis van de gelijk(waardig)heid van de individuele burger. Het is echter meer dan die individuele burger. Als het volk regeert is meer nodig dan aandacht voor het individu. Als het volk wil regeren kan het recht van de sterkste niet meer gelden. Democratie betekent dat vrijheid en gelijkheid in balans zijn; rechten en plichten gelden voor allen en iedereen. Tocqueville wees al op het gevaar van de disbalans: de tirannie van de onverschilligheid of de tirannie van de meerderheid. Beide vormen van tirannie wisselen elkaar tegenwoordig in hoog tempo af: het zinloos geweld, de hype, het individualisme, het populisme.
Tirannie betekent monocultuur. Tirannie van de meerderheid leidt tot macro monocultuur en tirannie van de onverschilligheid tot micro monocultuur. Individualisme (de tirannie van de onverschilligheid) ondermijnt de democratie evenzeer als de tirannie van de meerderheid. Als de tirannie van de onverschilligheid bestreden moet worden met projecten om burgerparticipatie te bevorderen, is de democratie in het geding. Het is geen toeval dat in Nederland NWO enkele jaren geleden een onderzoeksprogramma startte naar ‘omstreden democratie’. Het gaat daar om de vraag hoe de architectuur van samen leven te verbeteren; hoe de democratie zichzelf steeds weer uit kan vinden, zich kan legitimeren. Maar belangrijker is misschien de ‘ouderwetse’ vraag: wanneer is wat fout gegaan? Wordt het geen tijd voor nieuwe architectuur?

De Duitse psychiater Klaus Dörner ziet de ontwikkeling van de industriële maatschappij (Gesellschaft) als oorzaak van de individuele prestatiegerichtheid en de monocultuur van zelfbestemming. De grootste fout van de westerse wereld aldus Niemeyer. De industriële maatschappij heeft de mens als machine gereguleerd en werk (productiviteit) geïsoleerd van samen leven, aldus Dörner, voortbouwend op Marx. De Gemeinschaft is verdwenen. Samen leven is geen doel meer. De balans tussen zelfontwikkeling en samen doen is zoek. Daarmee wordt de existentie van de mens als sociaal wezen bedreigt. Bij wie hoor ik? Wie schrijft mij de regels voor? Wie ben ik? De psychiater leeft ervan.

Het gezin – zo wordt verondersteld – is de hoeksteen om een samenleving te bouwen. Die hoeksteen is inmiddels uitgesleten door de druppel van het individualisme. Maar is het gezin, de familie, wel de hoeksteen?  De geborgenheid van het gezin, de familie, is een noodzakelijke, maar onvoldoende voorwaarde voor de balans tussen zelfontwikkeling en samen doen. Een Afrikaans gezegde luidt: om een kind op te voeden heeft men het gehele dorp nodig. Niet alleen de familie, maar ook de buren, de anderen, zijn van belang om een balans te vinden tussen zelfontwikkeling en samen doen. Niet het gebouw, maar de gehele infrastructuur is architectuur. Dat vraagt afstemming en samenwerking. De architectuur van Niemeyer komt tot zijn recht als het past binnen de infrastructuur. Wie zijn Edificio Copan in Soa Paulo bezoekt ziet dat het individuele gebouw wel kracht heeft maar niet harmonieert met de omgeving. De architectuur van Niemeyer is harmonisch als deze is afgestemd met de omgeving. Zo ook is zelfontwikkeling alleen mogelijk in samenspraak met de ander, de vreemde. Deontmoeting met mensen, die men niet zelf kiest als buur, met mensen, die er anders uit zien, met mensen, die men niet mag, vormt een essentiële bron voor zelfontwikkeling. Het leert dat die ander nodig is, wenselijk is, gelijk is. Het leert samen leven.
Met het falen van het huidige democratische bestel in zicht is de uitdaging niet burgerparticipatie of her-legitimering van de democratie, maar het uitvinden van een nieuwe architectuur van samen leven.

Author: Wim van den Heuvel

W.J.A. (Wim) van den Heuvel is born in Nuenen, the Netherlands. He is professor emeritus of the University of Groningen and of Maastricht University, the Netherlands, but still works as advisor/consultant/researcher. After Grammar School (Dutch: ‘Gymnasium’), he got his masters in Sociology and his PhD (thesis on ‘Adjustment in Nursing Homes’) at Radboud University Nijmegen. After assistant Professor at the Institute of Social Medicine, and of the Gerontology Centre, Radboud University Nijmegen (1969-1975) he was pointed as Director of the Institute of Social Oncology (Dutch Cancer Society, KWF), Amsterdam (1976 -1980). In 1979 Queen Juliana appointed him as Professor of medical sociology, University of Groningen, Faculty of Social Sciences and Faculty of Medicine. In 1989 he also became Scientific Director of the Northern Centre for Health and Research University of Groningen. In the period 2000-2005 he was working as Professor in Rehabilitation and Handicap Maastricht University, Maastricht, also acting as Director General Institute for Rehabilitation Research and as Scientific Director of Research school of Primary Health Care Research (CaRe), Maastricht University. He was visiting professor at Syracuse University USA (1975), the University of Vienna, Austria (1997) and Titu Maiorescu University, Bucharest, Romania (2008). Besides visiting professorships he made study tours to Brazil, Australia, China, Cuba, India, New-Zealand and USA. During his professorship he supervised successfully 61 PhD students. He was project leader of various international research and development projects (financed by EU or the Dutch Ministry of Foreign Affairs), including subjects like developments of primary health care, palliative care, home care for the aged, primary health care, care for specific diagnosis like cancer, rheumatoid arthritis, and spina bifida. These projects included researchers and practitioners from Belgium, Croatia, Czech Republic, France, Germany, Greece, Ireland, Italy, Norway, Poland, Romania, Slovenia, Slovakia, Sweden, Switzerland, and United Kingdom. He received various rewards, including Academy Medal University PJ Safarit, Kosice, Slovakia, Honorary member of Romania Society of Family Medicine/General Practice, Romania, Honorary member of the European Society of Health and Medical Sociology, Honorary member Academy of Medical Sciences, Romania, Academy Medal University of Groningen, The Netherlands, Officer in Royal Order Oranje Nassau, The Netherlands, Siglium University of Krakow. He chaired – and still chairs - various national and international committees all related to scientific research in health care and gerontology.

Leave a Reply

Your email address will not be published.


Required