Bij het verlaten van Art Basel rond vijf uur in de namiddag staan er twee enorme rijen voor de kassa’s. Dit zijn Zwitserse kunstliefhebbers. Een dagticket kost 38 SF, maar na vijf uur kan men voor de halve prijs nog vijf uur ‘kunst snuiven’. Een mooie geste van de organisatoren of handel?
Er is ook een zwarte markt voor toegangskaartjes. Eerder die dag kregen we er twee aangeboden voor 40 SF. Met het gevoel te worden opgelicht kochten we die. De verkoper begeleidde ons tot we door de controle waren. Een ‘eerlijke’ handelaar en een fout gevoel. Desgevraagd bleken de kaartjes van een groep (met groepskorting) te komen, die na begeleiding Art Basel al hadden verlaten. De begeleider verzamelt de kaartjes en verkoopt ze door. Een toegangskaart is een toegangskaart en handel handel.
Goedkoop binnen komen betekent niet dat het binnen goedkoop is. De kunstwerken blijken vooral beleggingsobjecten voor wie meer wil dan kijken. Gedoodverfde kunstenaars leveren een levendige handel tot vijf uur; daarna komen de liefhebbers en andere nieuwsgierigen.
De laatste vergaapt zich aan de prijzige werken, die de PR machine tijdig heeft laten ‘uitlekken’, internationaal. Een Mogliani voor 14 miljoen euro, soortgelijke prijzen voor de Chagalls, Picasso’s en Warhols. Voor enkele tienduizenden euro’s heeft men een ‘kleine kunstenaar’. We laten ons niet verleiden door de galeriehouders.
Art Basel is niet één beurs. Het zijn er een vijftal met daaromheen tientallen kleinere kunstmanifestaties. De hoofdbeurs is het meest in trek. Daar komen en hangen de beroemdheden. Art Basel is een bijeenkomst van galeriehouders. Een beetje galeriehouder staat in juni in Basel. Deze brengt goede klanten (kunstverzamelaars) naar Basel met VIP arrangement (vijf sterren hotel, eigen ingang, auto met chauffeur voor een rondje Basel). In ons hotel logeren veel galeriehouders uit de VS. Zij nodigen ons uit vooral toch hun ‘stand’ van 1000 euro per vierkante meter op de hoofdbeurs te bezoeken. Prestigieuze galeries staan op de hoofdbeurs. Nederland heeft er 4, België 11, Duitsland 58, de Verenigde Staten 79. Het gaat niet om kunst kijken, maar om kunst kopen. En dat moet verantwoord gebeuren; het moet passen in de ‘verzameling’. Kunst verzamelen is tegenwoordig beleggingskunst; de galeriehouders zijn de beleggingsadviseurs. Een kunstverzamelaar laat weten nooit boven de 150.000 te bieden (ongeacht of het euro’s, dollars of Zwitserse franken zijn). Hij heet talent te hebben voor de ontdekking van jong talent. Dat jong talent blijkt enkele jaren uit de prijsstijging. Een galeriehouder is blij met deze verzamelaar als klant evenals het ontdekte jong talent. De vraag is wat kunstenaars zijn. Producenten, zegt Mladen Stilinovic, tenminste in het ‘westen’. Gaat het wel om kunst?
Beleggen beheerst de kunstbeurs, maar het maakt het kijken naar het gepresenteerde niet minder aantrekkelijk. Art Basel presenteert veel met een grote variatie aan kwaliteit. Emotie, verwondering, onbegrip, verveling ….. Het vraagt aandacht. En dan plots … hé, wow … en dan komen vragen: wat, hoe, wie? Bij wie gaat het onder meer om een inmiddels – jong – overleden kunstenaar uit New York. Jong talent, overleden op 27 jarige leeftijd, wereld beroemd, maar nog nooit iets van gezien noch gehoord. Niet gezien? Het werk doet denken aan dat van de Nederlander Rik van Iersel. Is er een verband? Lijkt onwaarschijnlijk, maar niet onmogelijk. Rik brak door toen Jean-Michel was overleden. Hun voorgeschiedenis vertoont gemeenschappelijke trekken: geboren in 1961 resp. 1960, beiden autodidact, beiden zeer jong een ‘tekentik’. Toch eens uitzoeken; spannend. Zit zeker muziek in, misschien handel. Basquiat doet inmiddels ook 14 miljoen.