Profijt eerst

Het individu is verantwoordelijk voor eigen gedrag en daden. Ieder leeft zoals hij zelf wil. Dat was bevrijdend na eeuwen van keurslijf en geregisseerde ongelijkheid. De bevrijding is ongebreideld gevierd in de ‘westerse wereld’. Na het feest was er individualisering en universeel kapitalisme.
In 2007 kwam de Nederlandse regering (Balkende 4) met een ogenschijnlijke reactie op het ‘doorgeschoten individualisme’: investeren in de samenhang van de samenleving ‘samen werken, samen leven, samen doen’. Hoe dat dit gerealiseerd moest worden wist de regering ook niet dus gingen ze eerst honderd dagen praten, maar niet met ‘jan en alleman’.
Na dat praten is de individualisering verder versterkt, gekoppeld aan het geloof in ‘marktmechanismen’. “Het gaat om mij.” Alles wat ‘eigen’ is komt eerst. Het is een populaire slogan geworden. Een figuurlijk ‘survival of the fittest’ heeft de plaats ingenomen van ‘vrijheid in verbondenheid’. Dat laatste, geboren uit een welbegrepen eigen belang, heeft de mens tot de succesrijkste soort op aarde gemaakt. Hoe lang nog? Met het ongefundeerde geloof in de markt als oplossing voor maatschappelijke vraagstukken is de nieuwe slogan ‘profijt eerst’.

Met de individualisering is de aandacht voor de ander veranderd. De gevolgen van ‘eigen’ eerst hebben geleid tot ingrijpende maatschappelijke veranderingen, ook in de gezondheidszorg. Hulpverleners en patiënten zijn vogelvrij de baas. De structuren (aanbieders en verzekeraars) honoreren echter hun eigen profijt eerst; dat is marktwerking   Maar demissionair minister Klink heeft niet ‘bot geliberaliseerd’, ‘niet domweg marktwerking’ ingevoerd zegt hij (waarmee liberalisering en marktwerking als zodanig negatief worden gekwalificeerd). In welke samenleving leeft de minister? Samen doen?

Theoretisch en empirisch is sinds de jaren zestig (vorige eeuw) evident, dat de gezondheidszorg een imperfecte markt is (vanwege onder meer ongelijkheid in kennis/informatie en gebrek aan keuzemogelijkheden). Wil men toch een ‘gezondheidszorg markt’ dan zijn de ‘haves not’ (kwetsbare burgers) als eerste de dupe en gaat het profijt naar de ‘haves’. In alle landen, die met markt in de zorg hebben geëxperimenteerd gingen de kosten van de zorg omhoog: profijt eerst. En patiënten en de (meeste) hulpverleners werden minder tevreden.
De gevolgen zijn in Nederland zichtbaar. Ouderen krijgen minder thuiszorg en verliezen daardoor eerder hun zelfstandigheid. Hoezo samen doen? Instellingen, die voor ouderen zorg dienen te dragen, fuseren maar dit leidt niet tot betere zorg, wel tot betere betalingen van raden van bestuur en in het geval van – regelmatig voorkomende – faillissementen tot riante vertrekregelingen. Profijt eerst.

Profijt eerst leidt tot het voorstel: leg meer verantwoordelijkheid bij de burger. De burger is ook zelf verantwoordelijk voor zijn gezondheid. Er wordt wel vaccinatie voor de massa aangeboden, maar als de massa niet komt is het hun keuze. De minister zit met te veel vaccins, die voor rekening komen van de belastingbetaler, die ze niet wilde.

Honoreer goed gedrag, bestraf slecht gedrag. Niet geregistreerd als orgaandonor dan ook geen nieuwe nier.
Patiënten moeten weg van spoedeisende hulp (te duur en vaak niet nodig). Maar voor de aanbieder (het ziekenhuis) brengt de eerste hulp afdeling veel profijt. Dus? De overheid overweegt een boete bij te veel eerste hulp. De hulpverlener in een spagaat. Oplossing: haal spoedeisende hulp uit het basispakket. Als de automobilist zo nodig geholpen wil worden na een ongeluk kan hij de rekening zelf betalen. Hij profiteert er toch ook van. Hij had ook de trein kunnen nemen. Zou het om een nieuwe nier gaan dan valt hij sowieso af als ‘niet geregistreerde’. Dat hij aan het dood gaan is, daar koopt men op de markt niets voor.
Beloon gezond gedrag individueel en leg de burger een boete op bij ongezond gedrag, is een logisch gevolg van ‘profijt eerst’. Een premie korting op de zorgverzekering voor niet rokers; een premie verhoging voor te zware burgers. De eerste doet (waarschijnlijk) minder beroep op de zorg, de ander meer. Een probleem is dat een dergelijke maatregel maatschappelijk ongewenste effecten kan veroorzaken: de klik telefoon bij de zorgverzekeraar ‘de buurvrouw zit op de wc te roken’. Sociale controle is niet zonder gevaar bij ‘profijt eerst’.
Het is nog wat lastiger. Onderzoek toont aan, dat rokers evenals diabetici minder kosten maken in de gezondheidszorg dan de gemiddelde burger. Dus omgekeerd? Rokende of zware burgers betalen minder zorgpremie en de combinatie levert een extra bonus op: profijt eerst. De klik telefoon: de buurman is gestopt met roken!

De zorgpremie is niet bedoeld om mensen van hulp weg te houden of gezond gedrag te bevorderen, maar om zorgverzekeraars te laten concurreren op de zorgmarkt. Voor hen geldt dus ‘meer klanten voor een aantrekkelijk pakket’. Aantrekkelijk kan zijn ‘hoge kwaliteit van zorg’, maar ook ‘lage premie’ of ‘snelle zorg’. Voor de zorgverzekeraar geldt er maar een criterium: voldoende profijt. De minister van VWS denkt nog steeds dat betere zorg goedkoper is en omgekeerd, zo liet hij recentelijk in een interview weten. De minister is ook tegen profijtbeginsel in de premieheffing: dat tast de solidariteit aan. Die was al aangetast, minister!

Het voorlopige resultaat van ‘investeren in samenhang van de samenleving’ is ‘profijt eerst’,  een nieuwe stap in de evolutie van de samenleving. Een stap terug kan niet in de evolutie. Uitgaande van ‘profijt eerst’ zijn nieuwe aanpassingen nodig. Er is weer wat te kiezen.

Author: Wim van den Heuvel

W.J.A. (Wim) van den Heuvel is born in Nuenen, the Netherlands. He is professor emeritus of the University of Groningen and of Maastricht University, the Netherlands, but still works as advisor/consultant/researcher. After Grammar School (Dutch: ‘Gymnasium’), he got his masters in Sociology and his PhD (thesis on ‘Adjustment in Nursing Homes’) at Radboud University Nijmegen. After assistant Professor at the Institute of Social Medicine, and of the Gerontology Centre, Radboud University Nijmegen (1969-1975) he was pointed as Director of the Institute of Social Oncology (Dutch Cancer Society, KWF), Amsterdam (1976 -1980). In 1979 Queen Juliana appointed him as Professor of medical sociology, University of Groningen, Faculty of Social Sciences and Faculty of Medicine. In 1989 he also became Scientific Director of the Northern Centre for Health and Research University of Groningen. In the period 2000-2005 he was working as Professor in Rehabilitation and Handicap Maastricht University, Maastricht, also acting as Director General Institute for Rehabilitation Research and as Scientific Director of Research school of Primary Health Care Research (CaRe), Maastricht University. He was visiting professor at Syracuse University USA (1975), the University of Vienna, Austria (1997) and Titu Maiorescu University, Bucharest, Romania (2008). Besides visiting professorships he made study tours to Brazil, Australia, China, Cuba, India, New-Zealand and USA. During his professorship he supervised successfully 61 PhD students. He was project leader of various international research and development projects (financed by EU or the Dutch Ministry of Foreign Affairs), including subjects like developments of primary health care, palliative care, home care for the aged, primary health care, care for specific diagnosis like cancer, rheumatoid arthritis, and spina bifida. These projects included researchers and practitioners from Belgium, Croatia, Czech Republic, France, Germany, Greece, Ireland, Italy, Norway, Poland, Romania, Slovenia, Slovakia, Sweden, Switzerland, and United Kingdom. He received various rewards, including Academy Medal University PJ Safarit, Kosice, Slovakia, Honorary member of Romania Society of Family Medicine/General Practice, Romania, Honorary member of the European Society of Health and Medical Sociology, Honorary member Academy of Medical Sciences, Romania, Academy Medal University of Groningen, The Netherlands, Officer in Royal Order Oranje Nassau, The Netherlands, Siglium University of Krakow. He chaired – and still chairs - various national and international committees all related to scientific research in health care and gerontology.

Leave a Reply

Your email address will not be published.


Required