Kiezen: scheiden of verbinden; liegen of vliegen?
Al is de leugen nog zo snel,
niets is zo snel, als ik vertel:
de vogel is gevlogen
en niemand heeft gelogen.
Velen geloven en beloven
dat ze alles gedogen.
Is het vliegen afvangen
of een leugen voor bangen?
Waar wordt nog ongestoord gehoord:
een man, een man, een woord, een woord?
Waar is de zwerver thuis
met in zijn pels de luis?
Het is horen en niet luisteren,
verhoren en a-f-luisteren.
Als het gaat om winnen of verliezen,
dan is de vraag: waarvoor te kiezen!
Waarom blijven liegen/ontkennen,
in plaats van bezinnen/erkennen?
Het is gestoord; ja ongehoord:
liegen gebeurt onverstoord.
Er is de keuze voor de vlucht,
want dat geeft even lucht.
Vliegen biedt een nieuwe kans:
te ontspringen aan de dans!
Het blijft wat te kiezen:
stelen leidt tot verliezen
en verliezen tot vinden:
verlies en vondst verbinden.
P.S.
Wat daarvan te vinden:
scheiden of verbinden.
vliegen of liegen?
De luis in de pels
is deze zwervers-wens.