Afgelopen weekend werd een congres over ‘longevity’, georganiseerd bij gelegenheid van het 60 jarige bestaan van het Instituut voor Geriatrie en Gerontologie in Boekarest, dat nu het Ana Aslan instituut heet genoemd naar de oprichtster, afgesloten. Het ‘Ana Aslan Institute’ was het eerste instituut in de geriatrie en gerontologie ter wereld en werd erkend door de Wereld Gezonheid Organisatie als een van leidende instituten ter wereld. De titel ‘longevity’ past bij het product dat Ana Aslan en haar medewerkers ruim 50 jaar geleden ontwikkelde: Gerovital H3, een geneesmiddel dat je oud laat worden. Het product sloeg zowel bij wetenschappers als beroemdheden aan. Vlak bij het internationale vliegveld van Boekarest in Otopeni verrees een prachtig instituut voor behandeling met verblijf. Charles de Gaulle, Konrad Adenauer, Ho Chi Minh en John Kennedy bezochten naast vele andere beroemdheden de kliniek. De eerste drie hebben een hoge leeftijd bereikt, maar de vraag is of dit aan Gerovital H3 was toe te schrijven. Hoe dan ook Gerovital was een gat in de markt. Naast het medicijn Gerovital H3 ontwikkelde Ana Aslan antiveroudering cosmetica; toentertijd ook een gat in de markt. Het Ana Aslan Instituut toonde wat een gat vermag.
Het inmiddels ingetreden verval van het gebouw en de ‘gasten kamers’ – zoals in veel monumentale gebouwen in Roemenië – kunnen de oorspronkelijke grandeur en kwaliteit van materialen en design niet verbergen. Het is een plezier in het gebouw rond te dwalen, maar tegelijkertijd doet het pijn. Nog steeds mooi en sfeervol ondanks het verval. Helaas is er geen Gerovital voor gebouwen ontwikkeld in Roemenië.
Dat we steeds langer leven is inmiddels, ook zonder Gerovital, gemeengoed. Op dit moment spant Japan de kroon met een verwacht percentage 80 plussers van 17 in 2060 (nu ruim 4). Zuid Korea is met een snelle sprint nu tweede achter Japan. Europa doet het iets rustiger. De stijgende trend van het percentage zeer ouden is vanaf eind vorige eeuw spectaculair te noemen. Na 2060 zullen grote landen als China, India en Brazilië volgen. Aan het eind van deze eeuw gaat de totale wereldbevolking krimpen – volgens de prognoses – met als gevolg een steil oplopende helling met het aantal zeer oude mensen. Is een wereldbevolking met 40% mensen boven de 80 jaar denkbaar?
Robert Butler schreef al in 1975: niet oud worden en oud zijn, maar de wijze waarop met oud worden en oud zijn maatschappelijk wordt omgegaan, is het probleem. Betekent een lang leven – nu ruim 35 jaar later – ook een gelukkig leven? Het antwoord was toen en is nu: nee. Dat is des te opvallender, omdat burgers die het beter hebben (meer inkomen, hogere opleiding, in een welvarender land leven) veel meer kans hebben om oud te worden. Men zou verwachten dat ze met welvaart en hoge leeftijd blij zouden zijn. Het lukt blijkbaar niet om in rijke westerse landen zeer oude mensen ook gelukkig te laten zijn/worden. Integendeel, zij worden een last en blijven maar leven. Zij worden zichzelf tot last gemaakt.
Tijdens het genoemde congres in Boekarest werden veel en interessant onderzoeksresultaten gepresenteerd over de (intracellulaire) fundamenten van het ouder worden. Steeds meer kennis om ouder te worden gevolgd door pillen, die dat mogelijk maken. Er wordt geïnvesteerd in waar men last van heeft. Al is de werking van Gerovital H3 omstreden, er zijn inmiddels vele medicijnen en behandelingen beschikbaar die het leven rekken en rekken. Blijkbaar heeft lang leven ongeacht de kwaliteit ervan prioriteit en neemt men de maatschappelijk last en uitsluiting op de koop toe. Het gat in de markt is onverzadigbaar.
Er was één lezing die de vraag stelde: betekent lang leven ook gelukkig leven? Het antwoord is al gegeven. Zou het geen tijd worden om meer onderzoek te doen naar gelukkig oud worden?