Tien jaar geleden op reis door Slowakije, Hongarije en Roemenië vielen de hoge hekken voor ieder huis op. Huizen waren amper te zien. Achter de hekken lagen tuinen, tuinen voor groenten natuurlijk. De langgerekte dorpsstraten leken ommuurd met houten en ijzeren schuttingen, waarvoor aan weerszijde een slootje liep voor afvoer. Dat was opvallend tien jaar na de val van een van de grootste hekken ter wereld. De openheid en vrijheid, die zouden komen met de val van de muur, maakten ommuring en afscherming thuis niet minder. Zou het de behoefte aan privacy zijn, die onder het oude regime voortdurend werd bedreigd? Of was het bescherming van de gewassen in de tuin?
Met de toetreding/toelating van Oost-Europese landen tot de Europese Unie zijn er nieuwe buren. Ter voorbereiding moesten die buren veel leren en veranderen. Wet- en regelgeving op ‘Europees’ niveau: schone uiers bij melkvee, geen herfstslacht van varkens buiten op een ladder, geen corruptie of faillissementsbedrog, geen discriminatie. De West-Europese charitatieve instellingen struikelden over elkaar om te helpen de ‘westerse beschaving’ te importeren.
Na de toetreding tot de EU is de mobiliteit van de inmiddels beschaafde buren op gang gekomen. Nederland ontving de Polen, Rome en Belfast de Roma. De Roemenen waren tot voor kort aan de slag in Spanje. De hekken konden worden gesloopt. Met de openheid en mobiliteit nam de sociale zekerheid af. Vrijheid en zekerheid gaan moeilijk samen. Sociale verschillen tussen burgers zijn de laatste tien jaar toegenomen in Oost Europese landen. De gedwongen gelijkheid is verdwenen en discriminatie is ervoor in de plaats gekomen.
In Hongarije en Roemenië trekken de kansarmen, die niet naar het buitenland kunnen, naar de randen van deels uitgestorven dorpen. Twintig jaar na de val van de muur neemt het aantal kansarmen toe; het zijn vooral bejaarden en Roma. En die zijn niet welkom bij de (achter)gebleven dorpsbewoners. Zij, die huizen hebben zonder hekken om hun tuin, worden slachtoffer van beroving en moord. Dat zijn de kansarmen, met name de Roma. Zij bedreigen het moeilijke bestaan van de gebleven dorpsbewoners. Zij kunnen beter vertrekken zowel uit de dorpen als uit Rome en Belfast. Kranten berichten op licht verontwaardigde toon over de discriminatie, die de nieuwe buren minderheden aandoen. Zij zitten nog vol vooroordelen.
De charitatieve instellingen hebben hun beschaafde vooroordelen meegebracht en procedures ingevoerd, westerse procedures, om discriminatie te bestrijden. In West Europa, ook in Nederland, is meer beschaving. Discriminatie is strafbaar. Er zijn ADVs; Anti Discriminatie Voorzieningen. Er zijn stichtingen, verenigingen en websites die strijden tegen vooroordelen. Dat Nederlanders denken, dat ouderen vaak ziek zijn, duur zijn, niet productief zijn, zijn ‘waarheden’ die bij de nieuwe buren zijn geïntroduceerd. Geen wonder, dat bejaarden bij de nieuwe buren ook de dupe zijn. Islamieten in West Europa zijn ‘anders’, niet echt te vertrouwen en soms gevaarlijk, zo is de nieuwe buren geleerd. De nieuwe buren hebben weinig last van de Islam, maar wel van Roma. Vreemd, dat Roma niet erg welkom zijn in de dorpen?
In het zo beschaafde Nederland wordt gemiddeld zes keer per dag aangifte of melding gedaan van discriminatie. In Limburg frequenter; in Limburg zijn veel dorpen. Registratie van discriminatie bij de politie is het hoogst in Limburg, vooral discriminatie vanwege nationaliteit/ras, gevolgd door Amsterdam en omgeving. Wordt in Limburg meer gediscrimineerd? Wonen daar meer minderheden? Is men in Limburg beschaafder? Een muur om je huis wordt in Limburg niet gewaardeerd door de ook beschaafde buren. Bij de nieuwe buren beschermen de hekken, die er nog staan. In enkele landen worden ijzeren hekken in stand gehouden of soms nog gebouwd. Inderdaad tegen de buren.