Corona paniek.

Niet alleen in het maatschappelijk leven en de politiek, ook in de wetenschap laat de corona-pandemie sporen achter, die soms meer op paniek wijzen dan op een systematische aanpak. Een systematische aanpak zou men toch zeker binnen de wetenschap verwachten: op zoek naar verklaringen en op zoek naar oplossingen. Het panische lijkt typisch voor een pandemie en dat leidt aanvullend tot nieuwe en ernstige problemen; nieuwe uitdagingen dus, en daar zou de wetenschap dienstbaar kunnen zijn, indien ze haar principes hanteert.
Eerder, hield ik een pleidooi voor het leren van deze pandemie. Het panische draagt daar niet toe bij, zeker niet als de wetenschap daarin mee gaat. En dat laatste lijkt het geval als men naar recente publicaties kijkt in wetenschappelijke tijdschriften. Onvolledige gegevens en haastige analyses worden gepresenteerd als ‘nieuwe inzichten’ of ‘doorbraken’ en redacties van (wetenschappelijke) tijdschriften kunnen blijkbaar de verleiding niet weerstaan: stel je voor dat men de boot mist! De resultaten worden nu aan de goegemeente gepresenteerd voor wat ze waard zijn. En wat zijn ze waard? Weinig zo (b)lijkt: het zijn voorspelbare studies met betekenisloze uitkomsten, geen nieuwe bevindingen laat staan wetenschappelijke doorbraken. De theoretische fundering is meestal zwak, de data verzameling haastig, soms onvolledig of niet duidelijk, en verbanden met andere (en eerdere) uitkomsten zijn zwak. De oogst: een diarree aan ‘nieuwe inzichten’ (veelal gemeenplaatsen door de onvermijdbare corona-bril gezien). En dat is risicovol voor de samenleving en voor de wetenschap.
Een overdaad aan informatie in een tijd waar gevoelens van onzekerheid/angst overheersen leidt ertoe dat de meest recente informatie als de juiste wordt gezien (‘available bias’) en aanzet tot het zoeken naar soortgelijke informatie (‘confirmation bias’), die de eerste informatie bevestigt. Daarbij zijn anecdotes en persoonlijke ervaringen, waar de populaire pers vol mee staat, welkome bevestigingen: zie je wel; zo is het! Ook wetenschappers en hulpverleners (b)lijken onder die druk te bezwijken. Maar wat leren we echt? Willen we nog wel leren of is de verleiding om te publiceren te groot en nemen we het niet zo nauw met de wetenschappelijke spelregels? Hetzelfde gebeurt met het toekennen van de extra subsidies, die plots ter beschikking komen voor nieuwe technieken (bijvoorbeeld de corona-app, terwijl oude, vertrouwde methoden verwaarloosd worden) of ad-hoc probleemstellingen, die geen boodschap hebben aan bekende wetenschappelijke inzichten. En dat draagt dan weer bij aan de diarree van publicaties. En die leiden weer tot ‘webinars’ als “How to boost your immunity during the COVID pandemic: stress reduction, yoga, diet and cold exposure” ; voor de liefhebbers: de datum is 28 juli 2020
Dat panische treedt ook wel op bij andere rampen op, dus het zou een vertrouwd verschijnsel moeten zijn, met name voor de wetenschap. Quod non. Derhalve pleiten Zagury‑Orly en Schwartzstein in NEJM (nejm.org July 16, 2020) voor ‘a reminder to reason’. Maar toch staan nationale en internationale ‘wetenschappelijke’ tijdschriften, vol met onvolledige gegevens en haastige analyses. Zie bijvoorbeeld het in Nederland relatief populaire vakblad Journal of the American Medical Directors Association (JAMDA). De vele, ‘nieuwe’ onderzoeksresultaten zijn zo nieuw, dat ze begeleid worden door 7 Editorials en het gaat natuurlijk alleen over covid-19. Een mooi voorbeeld is ook ‘smartglass’, ook wel ‘slimme bril’ genoemd, maar een kind weet dat slimme brillen niet bestaan. Bedoeld wordt een bril met een camera, waardoor het mogelijk is (eventueel gevraagd of ongevraagd, het protocol komt later wel) tijdens het zorgen voor iemand een andere persoon dan de verzorger (bijvoorbeeld een arts of een partner) mee te laten kijken. En de meekijker kan dan desgewenst advies of commentaar geven. Een uitkomst voor de zorg in verpleeghuizen als er een tweede golf komt? Is de smart-phone in die zorg nog niet doorgedrongen? Inderdaad blijkt dat het geval. Immers zo leert deze ‘studie’, dat men tot nu toe – sporadisch – gebruik maakte van een andere technische ‘doorbraak’: een foto maken (bijvoorbeeld van een wond) en die doorsturen (in casu de ‘wondendokter’) om een advies te geven. Smartglass is een doorbraak: het is echt, direct, met bewegend beeld en iedereen kan het zien!!
Is smartglass een blijvertje? Zeker, de corona-paniek resulteert in (verdere) zorg-robotisering als gouden standaard. Hoe minder personeel in de zorg en hoe groter de afstand, hoe beter de zorg (of was het goedkoper?)! En zo leiden halfwassen onderzoekspublicaties en ad hoc beleidsmaatregelen tot achteruitgang en verval van waarden. De voorbeelden van hoe het niet moet en waar het waarom fout is gegaan liggen voor het oprapen, nationaal en internationaal (ik laat de verpleeghuizen even rusten). Maar een analyse van wat er mis ging en waarom is een essentiele stap om tot nieuwe inzichten te komen, maar wie durft dit te analyseren? En daar is het geld, dat de politiek aan de wetenschap geeft, natuurlijk niet voor bedoeld. Het zoekt naar bevestiging (soms ook rechtvaardiging en excuses) , want ‘we’ moeten verder ……. De lessen, die de politiek en de wetenschap zouden kunnen leren uit de corona pandemie, passen blijkbaar niet in het huidige tijdsbestel. Dat is misschien wel een reden voor paniek?

Author: Wim van den Heuvel

W.J.A. (Wim) van den Heuvel is born in Nuenen, the Netherlands. He is professor emeritus of the University of Groningen and of Maastricht University, the Netherlands, but still works as advisor/consultant/researcher. After Grammar School (Dutch: ‘Gymnasium’), he got his masters in Sociology and his PhD (thesis on ‘Adjustment in Nursing Homes’) at Radboud University Nijmegen. After assistant Professor at the Institute of Social Medicine, and of the Gerontology Centre, Radboud University Nijmegen (1969-1975) he was pointed as Director of the Institute of Social Oncology (Dutch Cancer Society, KWF), Amsterdam (1976 -1980). In 1979 Queen Juliana appointed him as Professor of medical sociology, University of Groningen, Faculty of Social Sciences and Faculty of Medicine. In 1989 he also became Scientific Director of the Northern Centre for Health and Research University of Groningen. In the period 2000-2005 he was working as Professor in Rehabilitation and Handicap Maastricht University, Maastricht, also acting as Director General Institute for Rehabilitation Research and as Scientific Director of Research school of Primary Health Care Research (CaRe), Maastricht University. He was visiting professor at Syracuse University USA (1975), the University of Vienna, Austria (1997) and Titu Maiorescu University, Bucharest, Romania (2008). Besides visiting professorships he made study tours to Brazil, Australia, China, Cuba, India, New-Zealand and USA. During his professorship he supervised successfully 61 PhD students. He was project leader of various international research and development projects (financed by EU or the Dutch Ministry of Foreign Affairs), including subjects like developments of primary health care, palliative care, home care for the aged, primary health care, care for specific diagnosis like cancer, rheumatoid arthritis, and spina bifida. These projects included researchers and practitioners from Belgium, Croatia, Czech Republic, France, Germany, Greece, Ireland, Italy, Norway, Poland, Romania, Slovenia, Slovakia, Sweden, Switzerland, and United Kingdom. He received various rewards, including Academy Medal University PJ Safarit, Kosice, Slovakia, Honorary member of Romania Society of Family Medicine/General Practice, Romania, Honorary member of the European Society of Health and Medical Sociology, Honorary member Academy of Medical Sciences, Romania, Academy Medal University of Groningen, The Netherlands, Officer in Royal Order Oranje Nassau, The Netherlands, Siglium University of Krakow. He chaired – and still chairs - various national and international committees all related to scientific research in health care and gerontology.

Leave a Reply

Your email address will not be published.


Required