Een lijst geen stijl?

GeenStijl heeft op de website als slogan ‘tendentieus’, ongefundeerd’ & ‘nodeloos kwetsend’. Zou dat ook kunnen gelden voor lijsten? Door de eeuwen heen zijn er door mensen lijsten gemaakt ‘for better and worse’. Homo sapiens kan niet zonder. Meer dan 4000 jaar geleden werden lijsten van goederen en activiteiten in spijkerschrift op kleitabletten va-02-stgelegd in Mesopotamië. In de Myceense beschaving werden lijsten voor boekhouding gebruikt. De lijsten waren handig voor handelaren om hun boekhouding (uitgaven en ontvangsten) bij te houden. En ze waren handig om vast te stellen hoeveel belasting een handelaar verschuldigd was. In de Renaissance werd het dubbel boekhouden ‘uitgevonden’, een handige manier om de actuele stand van inkomsten en uitgaven te kennen. Later werd dubbel boekhouden ook een aanduiding voor boekhoudfraude. En dat gaf weer aanleiding tot aanleg van lijsten van mogelijke fraudeurs door de belastingdienst.

Lijsten zijn zo oud als de mensheid. Er zijn lijsten om lijsten in te lijsten. Lijsten zijn er in alle vormen, maten en kleuren en voor allerlei doelen. De kleuren zeggen soms iets over de doelen: groen (voor milieudoelen), geel/rood (voor risico’s op aanslagen of andere gevaren zoals uitsterven van plantsoorten), zwart (strafrechtelijke gegevens of gegevens over ongewenst gedrag). En soms is een kleur niet nodig; de naam zegt het al: dodenlijst (lijst met namen van mensen die mogelijk gedood of geliquideerd zijn of zullen worden), fraudelijst (lijsten met namen – eventueel adressen – van mogelijke fraudeurs volgens banken, verzekeraars of belastingdienst). Maar het is opletten met die namen: een waslijst was vroeger een lijst waarop werd bijgehouden hoeveel stuks vuil wasgoed naar de wasserij gingen. Volgens van Dale is het nu een lange lijst, een waslijst van klachten, wensen … En een kieslijst is niet voor de tandarts; wat die lijst wel is …. ? Een lijst met namen van mensen, die gekozen willen worden voor iets, ongeacht of ze er verstand van hebben.

Het probleem met lijsten is, dat zij een eigen leven kunnen gaan leiden en dan is – vroeg of laat – ‘Leiden in last’, zoals is gebleken uit het bestaan van een zwarte lijst, de FSV. Dank zij publicaties van RTL Nieuws en Trouw kwam de last (en laster) aan het licht: een vermoeden van fraude was al voldoende om in de Fraudesignaleringsvoorziening te belanden, zonder dat men het wist, zonder verweermogelijkheid, zonder voorziening. De desastreuse gevolgen, die lijsten kunnen hebben (dood, baanverlies, verdacht zonder grond, lid van de Tweede Kamer) komen soms onbedoeld aan het licht. Men wordt behandeld als overledene, crimineel, fraudeur, parlementariër. Het eerste is gemakkelijk te corrigeren, het tweede vraagt om een proces, het derde vraagt niet om bewijs en het vierde is geen garantie voor kwaliteit.

Een ander probleem met lijsten is betrouwbaarheid en geldigheid en daarmee het nut. In Nederland staat de das niet op de rode lijst (‘thans niet bedreigd’), omdat er in Nederland dassentunnels zijn aangelegd, maar de das weet niet of er inmiddels Belgisch of Duits grondgebied is bereikt. Is wat niet op een rode lijst staat niet bedreigd? Kan iemand die niet op de zwarte lijst staat geen fraudeur zijn? Handelt een parlementariër in het landsbelang?

En wat is de reikwijdte van een lijst? De groene lijst voor afvalstoffen geldt voor de EU. Alle landen moeten de beschreven procedures volgen, waar de douane (de belastingdienst!) op toeziet. Dat is niet eenvoudig en wordt nog ingewikkelder, indien een afvalstof van het ene land naar het andere land wordt vervoerd om daar gerecycled te worden voor hergebruik. Worden de afvalstoffen voor ‘recycling’ nu niet geleverd aan EU-landen die het ‘goedkoopst kunnen recyclen’ (= dumpen)? En dan is er nog de definitie van afvalstof: ’Een afvalstof is elke stof of elk voorwerp waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen’ (Richtlijn 2008/98 (artikel 3, lid 1 RL 2008/98/EG). Lijsten maken het er niet eenvoudiger op. Ontlasting onderweg in het buitenland zou moeten worden aangegeven; dumpen van een stof. Zijn we allen in overtreding? In Nederland is er belasting voor ontlasting.

Met de gegevens van FSV werd volgens het rapport van PwC (2022) slordig omgegaan: niet terecht erop, men komt er niet meer af en namen werden doorgegeven aan andere instanties). De oorzaak van het ‘bekende probleem’ (bij belastingdienst, UWV, CBR, Inspectie Justitie en Veiligheid) is nogmaals herhaald op NPO Nieuws uur 27-01-2022: er moet beleid uitgevoerd worden dat de politiek (welke parlementariër?) heeft bedacht, terwijl men weet dat de plannen in de praktijk niet werken. Natuurlijk is er nu een speciale commissie, die uitzoekt waarom het niet werkt. Zou de commissie (van de Tweede Kamer!) zichzelf als schuldige aanwijzen? Zou het probleem in de politicus zitten (zie https://c3am.nl/waarom-zijn-politici-slechte-toezichthouders/) ? Ooit gehoord van de bonnetjes affaire?

Misschien moeten we af van lijsten. De eerste lijst die geschrapt zou kunnen worden is de kieslijst. Een lijst zonder inhoud, waarvan niet evident is of bij de toelating tot de lijst eenzelfde meetlat wordt gebruikt. Misschien is er helemaal geen meetlat zoals er geen visie is. Zou de slogan van GeenStijl hier van toepassing zijn?

Author: Wim van den Heuvel

W.J.A. (Wim) van den Heuvel is born in Nuenen, the Netherlands. He is professor emeritus of the University of Groningen and of Maastricht University, the Netherlands, but still works as advisor/consultant/researcher. After Grammar School (Dutch: ‘Gymnasium’), he got his masters in Sociology and his PhD (thesis on ‘Adjustment in Nursing Homes’) at Radboud University Nijmegen. After assistant Professor at the Institute of Social Medicine, and of the Gerontology Centre, Radboud University Nijmegen (1969-1975) he was pointed as Director of the Institute of Social Oncology (Dutch Cancer Society, KWF), Amsterdam (1976 -1980). In 1979 Queen Juliana appointed him as Professor of medical sociology, University of Groningen, Faculty of Social Sciences and Faculty of Medicine. In 1989 he also became Scientific Director of the Northern Centre for Health and Research University of Groningen. In the period 2000-2005 he was working as Professor in Rehabilitation and Handicap Maastricht University, Maastricht, also acting as Director General Institute for Rehabilitation Research and as Scientific Director of Research school of Primary Health Care Research (CaRe), Maastricht University. He was visiting professor at Syracuse University USA (1975), the University of Vienna, Austria (1997) and Titu Maiorescu University, Bucharest, Romania (2008). Besides visiting professorships he made study tours to Brazil, Australia, China, Cuba, India, New-Zealand and USA. During his professorship he supervised successfully 61 PhD students. He was project leader of various international research and development projects (financed by EU or the Dutch Ministry of Foreign Affairs), including subjects like developments of primary health care, palliative care, home care for the aged, primary health care, care for specific diagnosis like cancer, rheumatoid arthritis, and spina bifida. These projects included researchers and practitioners from Belgium, Croatia, Czech Republic, France, Germany, Greece, Ireland, Italy, Norway, Poland, Romania, Slovenia, Slovakia, Sweden, Switzerland, and United Kingdom. He received various rewards, including Academy Medal University PJ Safarit, Kosice, Slovakia, Honorary member of Romania Society of Family Medicine/General Practice, Romania, Honorary member of the European Society of Health and Medical Sociology, Honorary member Academy of Medical Sciences, Romania, Academy Medal University of Groningen, The Netherlands, Officer in Royal Order Oranje Nassau, The Netherlands, Siglium University of Krakow. He chaired – and still chairs - various national and international committees all related to scientific research in health care and gerontology.

Leave a Reply

Your email address will not be published.


Required